de Hunnen

De Hongaren zijn een raar volkje. Ze stammen af van de hunnen die vroeger Europa binnentrokken vanuit Azië om samen met de Zijnen te vechten tegen de Onzen. Eenmaal uitgevochten bleven ze hangen. Een deel van het volkje dacht dat er in Finland veel melk en honing te halen was en het andere deel bleef steken op de vlaktes van Hongarije. Omringd door Slavische volken dachten de Hunnen dat het wel een goed idee was om een onverstaanbaar, onuitspreekbaar en onleesbaar taaltje te ontwikkelen. Hierbij hanteerden ze de volgende spelregels: plak zoveel mogelijk medeklinkers achterelkaar, bij voorkeur de S, Z en Z, maak geen woorden van minder dan 15 letters, herhaal zoveel mogelijk combinaties achter elkaar en als het woord eenmaal gevormd is strooi dan zoveel mogelijk trema’s, umlauts, streepjes en dakjes over het woord heen en plak er tevens zoveel mogelijk kringeltjes onder als mogelijk. Het resultaat is dat de Hongaren elkaar zelf niet kunnen verstaan, laat staan hun eigen taal lezen. De uitspraak is van eenzelfde fraaiheid. Een combinatie van snelstotteren, slecht zingen, halve woorden inslikken en zoveel mogelijk binnensmonds praten. Voor de bezoekers van dit land is het zo uiteraard uitstekend communiceren. Het nationale gerecht goulashsoep lijkt een beetje op de taal van het land: gooi zoveel mogelijk ingrediënten in een pan, mix dat en er ontstaat een gerecht dat, in tegenstelling tot de taal, zeer zeker wel kan bekoren.